dinsdag 29 januari 2008

Verslag Luxor

Luxor verlaten we spoedig maar we komen hier nog terug. Samen met onze Zwitserse vrienden Antuan en Laila zijn we op het idee gekomen om de onmogelijke trip naar Abu Simbel aan de grens van Sudan toch te ondernemen. We laten onze fietskes voor een keer achter in de tuin van een hotel, aangezien dit stuk enkel te bereizen valt met een konvooi en onze fietskes nog geen 130 km u halen leggen we ons achterin de gele camionette op hun bed en rijden we ons snel door prachtige landschappen heen.

Het is nog wel efkes wennen want met ons fietske zijn we vogelvrij en kunnen we overal stoppen waar we maar willen. Wanneer we ‘s avonds in den donker in Aswan aankwamen voelden we ons meer uitgeput dan een hele dag fietsen. Aswan zelf was prachtig, de Nijl splitst hier op in vele eilandjes met prachtige rotsformaties. Egyptise tempels, ontelbare prachtige vogelsoorten, zijlbootjes en de zandduinen die tot in de Nijl rijken. Alsof het met Photoshop™ in elkaar is gekleefd. De sfeer zat er ‘s avonds goed in, Antwan met de gitaar en Laila de zang. De Franse liedjes klonken zalig en al de passanten keken raar op. Zonder konvooi naar Abu Simbel bleek onmogelijk we werden op de dam van lake Nasser abrupt teruggestuurd.

Het konvooi gevonden en na grondige bomcontrole mochten we mee, tegen 130 km/u probeerden we het konvooi van politie bij te houden terwijl je hier officieel maar 90 mag rijden, maar met zoiets houd de politie zich niet bezig. De meeste toeristen blijven hier maar 1 uurtje totdat het konvooi terugkeert. Hotels hier zijn onbetaalbaar, dus kampeerden we hier aan de oever van lake Nasser. Waar Jasper, op zoek naar krokodillen, over een gladde rots uitschoof om niet in het met balharzia besmette krokodillenmeer te vallen en een manoeuvre maakte waarbij hij zijn pols bezeerde. Verder zaten er prachtige watervogels en in de avond, na op een houtvuurtje te koken, konden we nog meegenieten van de licht en sound show. ‘s Ochtends werden we verrast door duizenden aalscholvers die in konvooi over het immense lake scheerden. Na dit natuurspektakel maakten we ons klaar om naar een menselijk spektakel te gaan kijken: Abu Simbel. Deze tempel werd gebouwd door Ramses 2 om de grenzen van zijn rijk aan te duiden. Abu Simbel bestaat uit 2 tempels, de grootste is de tempel van Ramses 2 ter ere van de goden Ra, Amon en Ptah waar dat beelden van hemzelf en zijn vrouw en kinderen staan tot 30m hoog. Binnen in de tempel zijn verschillende kamers uitgehouwen in de rotsen, rijkelijk versierd met prachtige oorlogstaferelen, die tonen hoe Ramses 2 zijn vijanden letterlijk in trossen vermoordde, en heilige rituelen. De kleinere Hatortempel staat er ter ere van zijn vrouw Nefertari. Het andere ongelofelijke aan deze tempels is dat zij niet meer staan waar ze oorspronkelijk gebouwd werden. Bij de bouw van een stuwdam aan lake Nasser hadden de ingenieurs geen rekening gehouden dat er honderden belangrijke monumenten zouden verdwijnen, toen Unesco dit door had begonnen ze aan een van de grootste projecten ooit om een erfgoed te redden en besloten ze Abu simbel 60 meter hoger te plaatsen. Heel de tempel werd met de hand in stukken gezaagd en 60m hoger weer in elkaar gepuzzeld en omdat het opkomende water niet te stoppen was was het een race tegen de tijd op het einden moesten ze zelfs een dam rond de monumenten bouwen en wanneer de laatste steen weg was liep het water over de dam heen. Aan de tempel zelf is niet te zien dat hij verplaatst is geweest maar je kunt wel zien dat de berg niet origineel is. De tempels waren prachtig en we hebben daar een volledige dag in rondgehangen en aan het schetsen geweest. Buiten 1 uurtje waneer het konvooi arriveerde waren we daar alleen, zalig rustig.

Die avond hebben we aan lake Nasser nog wat nagepraat, Fraukje was te moe en ze zee dat ze ging slapen maar toen dat Berten en Jasper ook gingen slapen lag Fraukje niet in haar slaapzak en aangezien Fraukje nooit ver van de tent naar het toilet gaat werden we wat ongerust (een meer vol Krokodillen en glurende vissers). We begonnen te roepen en te zoeken maar Fraukje was nergens te vinden tot Jasper uiteindelijk naar de andere kant van de baai liep en Fraukje daar rustig zat te schetsen. (die Fraukje toch! – H)
De volgende ochtend vertrokken we met het vroege konvooi terug richting Aswan, daar aangekomen hebben we de boot genomen naar de prachtige Phalaetempel gewijd aan Isis, die vanwege de dam ook verplaatst is geweest. De tempel is versierd door graffities van ontdekkingsreizigers die wouden laten zien dat ze er geweest waren, er is ook nog een Byzantijns klooster in geweest, de paterkes hebben daar al de Egyptische goden moeten wegkappen en in de zuilen zijn kruizen uitgekapt. Maar er zijn zo veel tekeningen dat ze ze nog lang niet allemaal hebben kunnen vernietigen. Voor de terugweg moesten we een nieuwe boot vinden omdat we bij de heenweg op een boot bij een 30tal Duitse toeristen zijn gesprongen. We vonden al spoedig een boot en konden met een aantal Franse toeristen terugvaren. We reden naar een kampeerplaats waar we voorheen een man hadden ontmoet waarbij we in de tuin konden blijven slapen. Hij was fier op zijn verzameling geweren die hij gebruikte om op krokodillen in lake Nasser te jagen. Hij had een vergunning en beweerde dat de overheid hem vroeg om krokodillen te schieten. Maar die avond was er behalve een aantal agressieve honden niemand thuis. De volgende ochtend zijn we richting Luxor gereden vanwaar Fraukje verder gaat.

(Fraukje gaat verder)

Heel Luxor ligt plat! De elektriciteit werkt nergens en de internetverbindingen al helemaal niet. De oorzaak: de regen. Niets is hier regenresistent. De daken zijn gemaakt van karton en er is geen verschil tussen binnen- en buitenverlichting. Dus geen afscheidinternetsessie met Antoine en Leila en dat is meteen de oorzaak dat jullie lang niets van ons gehoord hebben!
Vervangingsactiviteit: DE TEMPEL VAN HATSEPSUT!

Deze dame (Hatsepsut) stuurde haar man op een verdachte wijze richting de onderwereld en kwam zo zelf aan de macht. De tempel ligt machtig in een baai van enorm hoge rotsen. Van buitenaf is hij immens maar vanbinnen krioelt het van toeristen. Dit doet ons al snel vluchten richting de bergen. Weinige toeristen verkiezen dit pad dat kronkelt langs tombes en rotsen tot grote hoogten. Aan de top hebben we links van ons een uniek gezicht op de tempel en rechts in de diepte ligt The Valley of the Kings.We dalen af en worden geabsorbeerd door de volgende toeristengolf. De tombes daar zijn van een unieke schoonheid. We zien slangen op hoge mensenbenen, maffe fantasiedieren,... in helle kleuren! De laatste tombe die we bezoeken is niet afgeraakt. De muren zijn bezaaid met Egyptische schetsen en snel gekriebelde hiërogliefen. We amuseren ons met zoveel fantasie! TOT de lichten beginnen te flikkeren. Een bewaker wil een half uur voor sluitingstijd onze pret bederven. We moeten de tombe verlaten.

AFGEVOERD MET COMBI

-We hebben nog een half uur om de tombe te bezoeken.
-Nee, u moet de tombe nu verlaten, of anders haal ik de politie.
-De sluitingsuren zeggen dat we nog een half uur hebben.

De bewaker gaat weg en komt een half uur later terug met een politieagent. We verlaten 5 min voor sluitingstijd de tombe en zien dat alle toeristen reeds vertrokken zijn. We krijgen een verbod om de bergen terug over te klimmen en worden afgevoerd in een politiekooi met dichte metalen wanden. Het uitzicht over de bergen in het heengaan, ruilt zich voor een eng uitzicht uit een klein betralied raampje op de blauwe lucht. Drie Belgen en een twintigtal Egyptische politieagenten gewapend met kalaschnikofs voeren ons naar onze fietsen aan de andere kant van de berg. Onderweg wil een agent een armworstelgevecht aangaan met Jasper. De agent grijpt voor Jasper het beseft naar zijn arm en zonder voorbereiding duwt hij Jasper plat. De eerste echte winnaar moet nog komen.

Bij het inkopen doen krijgt Berten ongezellig bezoek van een kleine bende straatjongens. Ze zijn zeer racistisch tegenover hem en proberen zijn km teller te stelen. Wanneer hij de dief bij de hand grijpt krijgt zijn fiets een paar rake stampen en beweert een jongetje bij de maffia te zitten en dat Berten niet levend Luxor zal verlaten. Zonde van dit voorval want de sfeer van de dag leek eerst niet kapot te kunnen na zoveel moois in de tombes.
Aan ons hotel hoorden we van een Brit dat de tour die we fietsten door de woestijnen in tegenovergestelde richting niet wordt toegestaan door de militairen van Luxor. Hij kende een fietser die had geprobeerd wat we hebben gedaan (van Marsa Matrouh tot Luxor). Hij werd direct onder vuur genomen, zei de dronken Brit, met veel gebaren. En het pinnenmechanisme (gelegen aan elke controlepost, met een militair die constant het touw in de hand heeft: gezegd door ons en niet door de dronken Brit) rees uit de grond.

CAN YOU DRIVE THIS BYCICLE WITHOUT SLEEPING? (De vreemdste vraag aan Berten)

Dag 140

We nemen voor de 10de keer de overzet over de Nijl met onze bepakte fietsen maar plots wordt er een probleem gemaakt over de fietsen. De bootprijzen:

-Egyptenaar: 25 piasters (cent)
-Toerist officiële prijs: 1 pond met fiets!
-Elke passerende onwetende toerist vragen ze: 8 pond

We kenden de prijs van 1 pond, wat al te veel is en nu wilden ze plots voor de fietsen meer hebben. Berten liet weten dat de racistische behandelingen nu wel te ver gingen. Dit eindigde in een serieuze twist waarbij Berten en zijn fiets achteruit werden geduwd en er felle woorden vielen. Er vormde zich een grote groep omstanders en wanneer er politie passeerde en Berten de situatie trachtte uit te leggen dook de politie snel weg, tussen de menigte. We kregen de juiste prijs. Allez, 4x te veel maar toch geen 10x te veel. In de boot koelde Berten zijn woorden door zijn verhaal te kunnen doen over rijke toeristen die het voor trekkers niet gemakkelijk maken door overal te veel te betalen, tegen 2 rijke toeristen.
We bezochten The Valley of the Queens en schetsten daar de muurschilderingen omdat we geen foto’s mochten trekken. Gelukkig is Berten professioneel stiekem fototrekker en hebben we toch wat Egyptisch tombemateriaal voor jullie! De bewakers vonden Berten en Jasper echte kunstenaars. De tekeningen van Fraukje daarentegen vonden ze niet vet. Ik maar zwijgen over mijn 5 jarige opleiding!

DE KINDEREN KUNNEN HIER ZELFS NIET MEER FATSOENLIJK ARABISCH SPREKEN

Tijdens het aanschuiven voor brood (gemiddeld 1.5u aanschuiven) werd Berten op de hoogte gebracht van de politiek in Egypte.

Hier een korte samenvatting:
Aan de macht is: Mubarak. Hij heerst al meer dan 30 jaar over Egypte. Egypte zou een democratie moeten voorstellen maar aangezien er al zo lang geen nieuwe verkiezingen zijn geweest, kan men hier niet meer echt van spreken. Ook de opvolger staat al klaar: De zoon van Mubarak. Er is maar een heel kleine kans op herverkiezingen als Mubarak sterft.

Egypte rijft enorm veel geld binnen via toerisme. Waar een toerist 120 pond moet betalen, daar moet een plaatselijke amper 11 pond voor neerleggen. De winst die het land op het toerisme heeft gaat rechtstreeks naar de leiding en de politie.
De plaatselijke bevolking krijgt niets. Meer dan de helft van de kinderen gaan niet naar school en doordat ze niet meer leren schrijven vergaat de juiste uitspraak.
Wanneer kinderen toch naar school gaan is het onderwijs erbarmelijk. De school krijgt geen financiële steun.

De politie is overal en doet niets buiten theetjes drinken en met hun kalaschnikofs een gezellige sfeer verspreiden. Ingrijpen doen ze in geen geval.

We fietsen verder van politiecontrole naar politiecontrole

Politiecontrole 1:
We mochten erdoor

Politiecontrole 2:
Politie: You can’t pass. Impossible. Go back to Luxor. Not to Cairo.
Talaata Belgici: But we come from Luxor and we go to Cairo.
Politie: No problem. You have to go back to Luxor. Luxor is beautiful.
(2min verdwaasd staan kijken)
Politie: You can go.
TB: To Cairo?
(Veel bieb bieb, prrrt e Walkietalk...)
Politie: Yes

Politiecontrole 3: (erdoor)
TB: Can we put our tent somewher here?
Politie: Impossible, then we will shoot you (grijpen naar hun geweren)
Politie: And we will kill you.
Politie: And we will hang you.
(Reeds donker)
Politie: You have to cycle till the next big village.(=90km)
Politie: Don’t stop on the road, the guns and the maffia will kill you.

We fietsen en fietsen op zoek naar een goede overnachtingplaats en vinden een ruïne waar we beschut kunnen koken en de tent opzetten. In deze situatie bellen plots drie ongeruste moeders, alsof ze onraad ruiken!

OVERAL LANDBOUW VOL VLEKKEN POLI(U)TIE

Die nacht slapen we in een gigantisch klooster met wit lichtgevende kruizen en enorme torens. De heiligenkennis van Fraukje komt dan toch nog van pas om een goed indruk te geven. Ah St Joris en de draak... We krijgen een rondleiding langs vele prenten die stuk voor stuk aanbeden worden. Het is een Koptisch Orthodox klooster.

De twee broers en hun zus krijgen onderdak in een ruim appartement met keuken, badkamer en een hoeveelheid bedden zodat we elk uur van de nacht onder verse dekens zouden kunnen kruipen.Een uitgebreid gefrituurd avondmaal doet ons al snel in deze collectie bedden duiken.

De volgende ochtend moesten we om 9 uur klaarstaan van de politie dus ontbijten we vroeg. Wanneer het ontbijt gefinished is komt er een man met een enorme schotel frieten, gefrituurde aubergines, bonen en brood binnen. We danken hem enorm! Dit wordt ontbijt 2!
Voor ze wegfietsen steken we een gift in een kast onder de Heilige Ambedode.

De politie zit overal. Ze wachten ons op en volgen ons overal. Ze hebben geen verklaring waarom ze ons volgen. Dat is de wet, nee er is hier geen gevaar. Misschien voor honden, zeggen ze.

‘s Avonds overnachten we weer in een historisch klooster: The White Monastry. (uit 400 na Chr.) Daar krijgen we weer eten! We worden enorm verwend en velen willen onze verhalen horen.

De volgende ochtend een licht ontbijt in de drukke refter en we vertrekken wederom met de politie die ons reeds staat op te wachten. Met hen bezoeken we het Red Monastry.

Ze stoppen onderweg bij kerken om ons te laten bidden. Op voorhand hadden we de route die we wilden volgen, langs de woestijn zodat we terug konden wildkamperen, met de politie doorgenomen. Wanneer we uiteindelijk de route willen volgen mogen we niet meer. Eerst omdat het de wet is, dan omdat de weg in slechte staat is, dan omdat de weg doodloopt en elke andere rede die ze konden verzinnen. We geloofden er niets van. Onze eigen kaart en ons richtingsgevoel had ons nog niet bedrogen. Maar doorgaan kon niet. Ze blokkeerden de weg en sleepten Berten aan zijn arm naar zijn fiets. Het was zo onrechtvaardig. Ipv kleine wegen te nemen moeten we nu op enorme brede drukke wegen rijden, met geen mogelijkheid op overnachting.
Als ik naar het toilet ga in de struikjes komen ze mee om te kijken. Als we gaan winkelen zeggen ze de verkoper een hogere prijs te vragen, terwijl we de prijzen ondertussen wel kennen en kunnen lezen in het Arabisch. Ze verhinderen elk contact met de locale bevolking en bemoeien zich zelfs met wat en hoeveel we moeten kopen. Wanneer we een slaapplaats vinden is die niet goed genoeg maar hebben ze geen andere oplossing. We voelen ons al enkele dagen serieus gevangen! Dat put uit.

Maar nu verder. We mochten de kleine weg niet volgen maar moesten daarom 30 km terugfietsen om op de grote weg uit te komen. Met de ronkende motor naast ons of voor ons zodat we zwaar last krijgen van onze ademhaling en nogeens extra de motor laten slippen om ons te enerveren, fietsen we verder. Komen er lokale mensen in de buurt dan zetten ze loeihard hun sirenes op zodat onze hoofden ook barsten. We zijn het spuugzat en slagen linksaf naar onze eigen route ipv hen verder te volgen. Een race volgt. We staan als zotten op onze pedalen en vliegen ervandoor. De politiejeep draait terug (met minstens 6 politiemannen), en komt met loeiende sirenes achter ons aan. We racen verder maar ze zitten ons vlak op de hielen. Een zandhoop in het midden van de weg is onze redding! We zijn ze kwijt! We racen doorheen minidorpjes en kleine landbouwgebieden. Eindelijk geen geronk meer. We kunnen vrijuit de weg vragen en worden overal hartelijk ontvangen. Tot... ze hebben ons ontdekt en willen ons doen stoppen en blokkeren na een tweede poging met zijn zessen de weg. We moeten ze terug volgen in de tegenovergestelde richting dan de richting waar we heen moeten. Na nog geprotesteer beloven ze ons om de juiste richting uit te gaan, maar ze kiezen toch de tegenovergestelde. Telkens opnieuw beliegen ze ons. We volgen hen uitgeput, als lammetjes, moe van al die leugens. Wanneer we appelsienen kopen op een markt reageert een politieman zijn agressie af op elk kind dat passeert door het een klap in het gezicht te geven zonder reden. Kinderen op fietsjes, op een ezel, kar, tevoet. Iedereen krijgt slaag.

Wanneer we een slaapplaats moeten zoeken omdat het donker wordt vinden ze de plaatsen niet goed. We worden in de donkere nacht over de drukke baan verder gestuurd met geregeld hun felle sirenes. Wanneer we een klooster zien, krijgen we uiteindelijk toestemming om daar de nacht door te brengen. We komen tot rust tussen de warme mensen van het klooster. De thee die we er krijgen doet enorm deugd. Maar de rust bleef niet lang. Het hoofdbureau van de politie heeft beslist dat dit geen goede slaapplaats is. In het midden van de nacht moeten we verder fietsen. Nog 30 km tot de stad die ze in gedachte hebben. Vermoeid stappen we in het donker terug op de fiets en trappen trappen trappen. We stoppen om te vragen of we in een veilig park mogen overnachten, maar ze zeggen dat ze een goede parking hebben om onze tent op op te zetten. Na nog meer kms komen we aan bij de stad. Daar worden we afgezet bij een politiepost en moeten we wachten. We vallen bijna van onze fiets af van vermoeidheid. Een banaan en wat dadels doen ons er iets bovenop komen en wanneer we onze ogen openen is onze begeleiding met zijn mooie beloftes op een kampeerplaats verdwenen. De politiemannen hier weten van niets. We leggen de situatie uit en na enig overleg mogen we achter hun post slapen. We zetten de tent op en koken. Terwijl we eten komt een politieman zeggen dat we daar niet mogen blijven. Hij zal naast ons blijven tijdens het eten en zien dat we alles afbreken om dan ons te slapen te leggen in een hotel.
We ruimen alles op en fietsen verder, naar het hotel.
We slapen daar en de volgende dag is vandaag.
Buiten staat een politieman te wachten voor wanneer we dit internetcafé verlaten. We zullen de nacht doorbrengen in hetzelfde hotel en zullen hen vanaf nu volgzaam volgen. Er is niets aan te doen. Redeneringen over milieu, uitlaatgassen en vrijheid snappen ze al helemaal niet.

Allez, we gaan eerst gezellig op restaurant met die politieman en leggen ons dan te slapen in het politiehotel terwijl de volgende ochtend een politie aan onze deur komt kloppen om te kijken hoe we slapen.

Maar wees gerust, we worden nu even gekortwiekt, we zullen ons nu rustig houden maar de wilde drie blijven.

Geknipte drie!
Jasper, Berten en Fraukje

zondag 27 januari 2008

Pakketje

We hebben een pakketje aangekregen van de fietsers en het bevatte:

Een 5-tal filmpjes, hier al ééntje:


Een 1500-tal foto's, een kleine selectie:


En een boekje met tekst en tekeningen:

maandag 14 januari 2008

We hebben wind in de lucht (update)

Doorsteek door de woestijn; van Karhga tot Bagdad


Nu zitten we weer in de bewoonde wereld! In Luxor. Idem aan het vorige verslag; Antoine en Leila (de twee Zwitsers) zitten weer in hetzelfde internetcafe! We komen elkaar overal bedoeld en onbedoeld terug tegen! Als we door Zwitserland zullen trotteren, hebben we dus al een Zwitserse overnachtingsplaats!

Na het vorige internetcafe struinden we de oase in met de gele camionet van A en L achter ons aan. Berten draaide het ideale straatje in om een overnachtingsplaats te zoeken en daar stonden we plots aan een hotspring met enkele hutjes en stond de thee al snel voor ons te koken bij de oude gardiens. s Avond speelden we voor de vierde keer Mens erger je niet. (Zie het ververvlogen verleden van het zeer gezellig samenzijn met de Sexy six! Daar sneden we de benodigdheden uit kurkeik.) Daarvoor werd er verrukkelijk gitaar gespeeld en nog daarvoor aten we een uitzonderlijk gecomponeerde en gevarieerde maaltijd!
Nadat iedereen zich genoeg geergerd had legden we ons teneder in de tent om de volgende ochtend rijp te zijn voor een hete duik in de hotspring.

Het was echt prachtig waar we zaten! Stel jullie een groen palmwoud voor met lemen hutjes, traditioneel geklede mensen met ezelkarren en overal kleine kanaaltjes die dampend vanuit de hotspring doorheen de palmbossen stromen! Op dat overweldigende groen nogeens een felle zon die fijn licht werpt doorheen de bladeren en de warme dampen! Soms wensen we dat jullie allemaal eens door onze ogen zouden kunnen meekijken!

We deden inkopen in Palestina (voor de verwarring; een klein dorpje in Egypte). Daar kregen we van de bevolking gratis zelfgemaakte kaas, ajuinen, brood en tomaten. Verder kochten we hun winkeltje leeg om de oversteek te wagen.

De nacht de tent opgezet op een zandduin. De tent werd vastgespiesd met de weinige takken, de bobvlag en beenderen van een overleden dromedaris.

We stoppen er voortijdig mee! Antoine en Leila zijn klaar met internet en we dalen direct af naar de Valley of the Kings. Daar zullen we enkele tombes bezoeken, meestal prachtig beschilderd met Egyptische tekeningen. Fotos voor jullie nemen is verboden maar we kopen zeker postkaartjes!



(ok Berten neemt over van Fraukje)

Bagdat ons meest zuidelijke punt (allee ja als we niet van gedachten veranderen en naar Abu Simbel gaan aan de grens van Sudan) Vanaf hier kregen we het moeilijk om onafhankelijk te reizen de meeste mensen die we tegen kwamen hadden al reeds een politieman bij zich. De opdringerige touristpolice volgde ons heel de tijd terwijl we door het gezellige kleine Bagdad waren aan het winkelen, tot onze ergernis toe. Het contacten met de lokale mensen verslechterden ziende ogen.
Na grote inkopen vertrokken we richting Luxor, maar na enkele minuten verscheen er op de o zo rustige weg terug een touristpolice jeep met 6 bewapende agenten om ons te beschermen. Eens om het half uur verscheen er pas een auto aan de horizon en konden we zalig genieten van de weidse stilte. Maar nu hadden we het constante motor geronk achter ons, op een plaats waar er ons echt niets kan overkomen. De ergernis werd groot en toen we stopten voor een middagmaal ging Berten zijn beklag doen; dat we geen politie nodig hadden.

Dat we hier aan het fietsen waren voor de stilte en de natuur en geen zwaar vervuilende jeep achter ons aan wilde. Ik stelde voor om ons dan maar met een fietske te volgen als het dan toch zo belangrijk was. We aten voor 1 uur en ze lieten rustig hun motor ronken, op aandringen hadden ze na enige tijd toch toegegeven en hun motor stil gelegd.

Boven op onze bobkar lag al een hele lading afval. De woestijn is hier zeer proper maar rond de dorpen vaak een vuilnisbelt.
Afval ophaling is hier zeer beperkt of zelfs onbestaand en als het opgehaald wordt, wordt het opgestookt aan de kant van de weg. Het is een opkomend probleem. voorheen kwam er hier geen plastiek en was alles organisch. Als we aan een politieman vroegen waar we met ons afval heen moesten, zei hij gewoon; gooi maar hier in de berm. Dit strookte niet met onze principes en we willen een goed voorbeeld geven. Het antwoord luidt dan; as you like.
Later in het midden van de woestijn zei hij hier kun je het weg gooien zonder probleem.
no no, we like the nature ''as you like''
Begrijpen doen ze dat hier gewoon niet en zo deden we de grote woestijndoorsteek met een massa afval boven op de bobkar gebonden.

Na 55 kilometer hadden ze het begrepen en lieten ze ons weer onafhankelijk verder reizen, triomfantelijk en dubbel genietend reden we door de stilte. Allé ja, het gebrom kwam nu van ons zelf we hadden nogal veel wind langs achter en vluchten allemaal tegelijkertijd achter een heuvel met de schijterij, gevolgd door boeiende toilet verhalen die we gedetailleerd aan elkander vertelden.

We passeerde nog een paar prachtige kampeerplaatsen en hadden niet meer al te veel goesting om in Luxor aan te komen. we zouden de rust missen. Toen we in de verte de vlakte van de Nijl met pilonen en smog zagen verschijnen stopten we vroegtijdig voor onze laatste woestijnnacht. Het was een prachtige kampeerplaats waar we in een grot menselijke resten vonden en kampeerden in een rivierbedding vanuit de tijd het hier allemaal nog groen was.

Het binnen rijden van Luxor was afschuwelijk, overal afval en met daar tussenin rottende kadavers van runderen, honden en ezels en wij alles maar meesleuren. Terwijl we juist uit de woestijn kwamen en niet meer gewend waren aan deze drukte. Luxor is prachtig, overweldigende tempels en graftombes, maar wel iets teveel toeristen (bleekscheten in topjes, met veel te veel geld en geen respect voor de cultuur hier) Maar ondertussen zijn we terug aangepast, nu enkel nog wennen aan de spalkende touristpolice, die ons hier steeds op de hielen zit. Hopen dat we Busch met afweer raketten en traangas niet tegen het lijf lopen, Want nu denken ze soms al dat we op een bom fiets rondrijden.
De armoede in Egypte raakt ons het meest van al de landen. We komen hier de sjiekste hotels en toeristen tegen, maar anderzijds de armste bevolking. Kleine verslaafde kindjes die ons drugs proberen te verkopen, en een regering die het geld absurd besteedt aan touristpolice die ons al fietsend volgt, met 5 man in de auto, die op elk kruispunt, trap, hotel, monument of op de absurdste plaatsen ons staat op te wachten, alsof er overal een bom staat te ontploffen, maar waar al 10 jaar niks meer is gebeurd. Zelfs als je naar het dubble u C (wc) gaat word je gevolgd. Je moet ze gewoon negeren, je begint het op den duur normaal te vinden.

Een raar sfeertje.


Nu hopen dat we zonder konvooi naar Cairo te kunnen fietsen want het geronk van een auto horen we niet graag en spontaan overal stoppen doe je dan minder rap, anderzijds het is hier prachtig en zo‘n sfeertjes horen bij zo‘n landen.

Het beste aan iedereen en merci blogbeheerders voor de nieuwe aanpassingen en al het geduld en het vele werk!

Salaam
Talaata Belgici!

maandag 7 januari 2008

Black Desert, White Desert en de poetische woestijnen

(Druk op foto voor meer)

De tocht door de woestenij: Black desert, White desert en de poetische woestijnen!
Zorgvuldig hadden we weer de grote overtocht voorbereid. Zeer veel water ingeslagen en met een berg voedsel onze vehikels een pak slomer gemaakt. We waren klaar om te ver(t)rekken wanneer een enorme knal ons dooreen schudt. Stenen vliegen in het rond en iedereen binnen gehoorsafstand komt op ons afgestormd.
Jasper zijn achterband is ontploft met een gapende scheur als krater. De binnenband en de buitenband zijn volledig verruineerd! Het neemt nog een halve dag in beslag voordat alles weer in orde is. Onze flut reserveband (omdat we niet beter vonden in Sicilië en daarna) moet nu zijn diensten bewijzen. De oude buitenband houden we bij om als noodoplossing hem, na naaiwerk (zie Sicilië: achterband Fraukje) toch nog in te zetten.

De Zwarte woestijn is ruig. De weg loopt door een pikzwart woestijngebergte met onder de zwarte laag een bruine zand en rotsmassa. Terwijl we de wind weerstaan passeren toeterend jeeps die het zand opwaaien. Op hun daken liggen houten tafeltjes en matrassen gebonden. Met hun ronkende motoren zijn deze toeristen op zoek naar de ultieme eenzaamheid en de stilte. Ze stoppen fracties van seconden bij de attracties.
‘s Middags zetten Jasper en Berten zich om te tekenen terwijl Fraukje gewicht aan stenen verzamelde in de woestijn.

De Zwarte woestijn gaat zacht over naar bruin/grijze woestijn, naar witte woestijn. Links van ons herkennen we de vreemde poort van The Christal Mountain. Het is berg en een gewelf, bestaande uit overweldigende kristallen. De woestijnzon die speelt prachtig door de glazige stenen.

‘s Middags manifesteer de Witte woestijn zich duidelijker. We vinden grote blokken krijt en schrijven de blog in het groot op de baan. Hierna volgt ook een gigantisch zebrapad. Na hard werken en met een half wit lichaam kijken we tevreden naar onze creaties tot onverbiddelijk een meute jeeps in konvooi een deel wegvaagt.

Wanneer we de weg affietsen om de Witte woestijn van naderbij te bekijken volg een zeer maffe ontmoeting met een bende Belgen!

DE BELGEN ZIJN DE DAPPERSTEN VAN ALLE GALLIËRS
DE VRIJGEVIGSTEN VAN ALLE GALLIËRS.

We worden direct Bourgondisch uitgenodigd om met hen, boven op een berg een wijntje te komen drinken. Onze nuchtere en sportieve geest heeft al lang niet meer van zulk Godenspul mogen genieten! Verhalen en alcohol vloeiden weelderig en het was een waar genot nogeens in onze moedertaal te kunnen communiceren. Na veel uitgewissel van verhalen bleken er velen uit Kapellen te komen. Allez, ze hadden er vroeger gewoond. Allez, ze gingen der in de toekomst wonen!

Enkele uitspraken voor en na consumptie frigobox met alcohol:
  • Driver: Zijn die mensen arm dat ze met de fiets komen?
  • Reisleider: Nee, zone fiets kost een dubbel maandloon. Maar als`t Hollanders zijn, zie die oranje broek, dan zijn ze gierig.

Jasper en de dame van Freddy:
  • D: Aah, menen jeep rijdt door. Dan zal ik bij u in de tent moeten komen liggen!
  • J: Maar ons tentje is nogal krap.
  • D: Geen probleem, dan slaap ik wel bovenop u.
  • Freddy de fietsenverdeler: Ge kunt ze ook als hoofdkussen gebruiken.

De hartelijkheid van al deze warme mensen deed ons enorm veel deugd en heeft ons nog een lange nacht nababbelen met drieën bezorgd!
We werden zomaar getrakteerd op chips terwijl onze zakken werden gevuld door stiekeme geldgevers, en er werden zelfs bananen, koekjes en mandarijntjes in onze handen gelegd. De voorraad alcohol die we meekregen gebruikten we spaarzaam. Hij haalde zelfs Bertens verjaardag!

Dag na de voorgaande

Opgestaan in een prachtig spel van licht op de Witte woestijn! De mushrooms beklommen en bewonderd en vertrokken richting ons groene doel: Oase Farafra!

De straat glijdt onder ons door terwijl een moto ons voorbijsteekt. De twee mannen, een met vreemde voeten, nodigen ons met gebarentaal uit om bij hen te komen eten. We hobbelen langsheen hun velden en bizons, naar hun vrij afgelegen boerderij.
Daar werd Fraukje al snel duidelijk gemaakt dat ze niet de duivenstront van haar armen moest verwijderen maar haar mouwen over haar polsen stropen en Jaspers sjaal om haar hoofd moest binden. Hierna werden we rondgeleid naar de duiventorens. Jasper klom mee naar de nok onder de brede rok van zijn voorklimmer. De duiven vluchtten naar de lichtgaten om uit de toren te geraken. De kleinere gaten blokkeerden de doorgang. Zo konden de twee klimmers de geblokkeerde duiven uit de gaten plukken. Op een dromedarismat werden de duiven verzameld. Ik geloof een 10tal.
De kinderen begonnen naar hartelust de duiven te plukken terwijl ze nog leefden. Ze deden teken dat wij dat ook met onze duiven moesten doen. Fraukje zag dat niet zitten en vroeg aan Jasper of hij de duiven misschien eerst zo pijnloos mogelijk kon doden.

(Berten gaat verder)

Respect voor dieren is hier ver te zoeken.
3 uur later waren de duifjes gebakken en gevuld met rijst, een reusachtige schaal zo groot als een tafel werd naar buiten gedragen. Berten had niet al te veel goesting om deze arme duifjes te verorberen en hield het bij de groentjes met rijst en speelde de duifjes zo respectvol mogelijk door naar Jasper.
Na een zeer luidruchtige en oorverdovende conversatie en een ontelbaar aantal theetjes kropen we in ons tentje. Het voorstel dat Fraukje bij de vrouwen ging slapen en de man des huizes mee in ons tentje kroop hebben we gelukkig kunnen afschepen.
De zeer gastvrije familie had ons zeer goed verwend en de man des huizes sliep naast ons tentje om ons te bewaken.

Nieuwjaar en verjaardag Berten.

De volgende morgen nog meer van die duifjes maar nu van een andere familie.
Na heel wat indrukken opgedaan, zijn we vermoeid verder gefietst.
Er lag weer 200 km Sahara voor ons wielen en Jasper en Fraukje vreesde geen winkel meer tegen te komen voor nieuwjaar om verjaardagscadeautjes voor Beren te kopen. Maar daar slaagden ze toch in.

‘s Avonds belandden we in een mini oase: Abu Minqar, bewaakt door bewapende dorpsbewoners wachtend op een aanval uit de oneindige woestijn en dan komen der drie fietserkes aan. Hier vonden we een klein barretje waar we asiel vroegen onder enkele palmbomen. Hier gingen we nieuwjaar en de verjaardag doorbrengen.
Een van de meest afgelegen plaatsen waar 1 bar bezoeker ons een gelukkig nieuwjaar wenste.
Om kwart voor 12 viel al het licht uit en probeerden we nog juist wat kaarsjes aan te steken. Van vuurwerkknallen hebben we niets gehoord maar we hadden wel een mooi sterren spektakel. Voor zijn verjaardag kreeg Berten een grote koekedoos en een prachtig weefwerkje van Fraukje met een zwarte steen in uit de witte woestijn.
Het was fris buiten en na onze laatste pintjes die we van de Belgen hadden gekregen kropen we al snel in ons tentje. Om 1 uur ‘s nachts wanneer we juist in slaap vielen kwamen de Belgische telefoontjes binnen. Vanwege het uurverschil verjaarde Berten 1 uur voeger dan normaal.

Onderweg naar Bagdad.

Na goed uitgeslapen te zijn en koppijn van niet meer aan bier gewend te zijn vlogen we verder. De wind was ons eindelijk nog eens gunstig gezind zodat we na 100 km aan gemiddeld 28 km/u ons tentje in de wijd uitgestrekte woestijn opzetten.

De wind keerde tegen ons, het werd veel zwaarder en we geraakten nog maar amper vooruit. Onze fietsen en wijzelf werden totaal gezandstraald. Zandduinen staken onze weg over en onze fietstocht richting Dakla werd al gauw met een dag verlengd zodat onze voeding steeds armer werd. Maar na 4 dagen zand eten zijn we er geraakt.
De maffe woestijnlandschappen werden weer eens wat kleurrijker gemaakt door fris groene velden dadelpalmen en hot springs, hier kampeerden we op het dak van een hotelletje met uitzicht over een oude lemen Islamitische stad El Gasr. Wegens beter betalende toeristen werd ons gevaagd om het hotelletje te verlaten. Jammer want we waren nog eens aan wat rust toe (maar het is hoogseizoen).
Onze fietsen mochten we gelukkig nog laten staan zodat we zalig door de oude lemen stad konden ronddolen.

Nog efkes en we zitten in Palestine.

We verlengen ons lichaam nog maar eens met een verweerd kader waar wielen onder staan. We trappen ons door de oasetuinen en oude lemen dorpen tot aan Mut, een iets groter stadje waar we internet hadden gevonden. Wegens te opdringerige jongeren en slecht werkend internet kregen we echter niets verstuurd.
Nu stond er ons weer een oversteek van 300 km voor de wielen en een wind op kop die wel iets van een storm weg had, we willen naar Kharga: een oase-eiland.
Grote inkopen, veel water en vier dagen genieten van de mooiste uitzichten zonder bijna ook maar iemand tegen te komen baanden we ons een weg tegen wind en zand op.

Toen we op een prachtige kampeerplaats tussen natuurlijke piramides stonden vond Berten in een col kruiken waar we van denken dat er ingewanden in hebben gezeten, ze stonden winderig opgesteld zodat de geesten van de overledenen met de wind zouden worden meegevoerd.
Berten verzamelde de scherven en kon nog aardig wat van de historische scherven reconstrueren. Hij begon al te dromen van een daadwerkelijk historische vondst. Of het schrijven van boeken.
Of waarom ni: al die elektriciteitsmasten af te breken en rijk te worden van oud ijzer...

Bijna in Paris.

Kharga bolden we ‘s avons laat en uitgeput binnen tot er al toeterend de gele kamionet van de Zwitsers achter ons verscheen. We kampeerde in een stadsparkje en hielden een 2de Berten verjaardag want Antuan had een prachtige verjaardagstaart gemaakt.
Gezellig zitten we hier nu samen al bijna een hele dag met de Zwitsers onze verslagen bij te werken in een internetcafeetje.

Buiten is het weeral donker en het wordt straks een plaatsje zoeken onder de overvloed aan palmbomen.
Morgen verrekken we richting Kuweit, Palestine en Bagdad.
Paris laten we links liggen want we slagen af naar Luxor.

Groetjes van de drie.

dinsdag 1 januari 2008

Hip hip hip ...


Gelukkige verjaardag Berten en een fantastisch 2008 aan de reizigers toegewenst van het blogteam!